HDL cholesterol, kort voor ‘high-density lipoprotein’ wordt ook wel ‘goed cholesterol’ genoemd. Dit type cholesterol helpt om het ‘slechte’ cholesterol, LDL cholesterol, uit de slagaders te verwijderen. Te veel cholesterol tussen de vaatwanden vermindert de bloedsomloop, wat uiteindelijk tot een beroerte kan leiden. HDL cholesterol zit verpakt in HDL-lipoproteïnen. De HDL-deeltjes transporteren vanuit de bloedbaan terug naar de lever, waar het wordt afgebroken. De opruimcellen van ons lichaam, de macrofagen, komen vervolgens in actie en nemen het teveel aan vet op. HDL cholesterol vermindert het risico op hart- en vaatziekten en kan de kans op aderverkalking verkleinen. Onderzoek heeft uitgewezen dat met elke procent meer HDL de kans op een hartaanval met 3 tot 4% afneemt, terwijl elke procent minder LDL de kans op een hartaanval met slechts 2% verkleint. Veel mensen met een laag HDL cholesterol hebben vaak andere gevaarlijke vetten in het bloed, zoals triglyceriden. Een laag HDL cholesterol betekent namelijk minder ‘stofzuigers’ om het slecht cholesterol op te ruimen. Een laag HDL cholesterol kan ook een teken zijn van insulineresistentie en het metabolisch syndroom.